Pieter Gruijters stopte in 2009 met atletiek door complicaties aan zijn rug. De geboren Helmonder kwam in 1987 door een motorongeluk in een rolstoel terecht. Negen jaar later begon hij met wheelen en richtte hij zich op wedstrijd van 10 kilometer tot de marathon. Een jaar later, 1997, werd hij opgenomen in de nationale selectie. Gruijters trainde veertig uur per week, minstens zes maal per week, anderhalf uur per keer, bestaande uit kracht-, werp- of wheeltraining.
Langzaam transformeerde Gruijters daardoor van wheeler naar atleet. De beloning voor de jaren van trainingsarbeid kwam in 2004 toen hij op de Paralympische spelen van Athene zilver behaalde op het speerwerpen en de meerkamp (200 meter, speerwerpen, kogelstoten, discuswerpen en 1500 meter). Alleen goud was de overtreffende trap van deze prestatie. Dat eremetaal kwam er in 2009. In het Chinese Beijing behaalde de Helmonder goud op het onderdeel speerwerpen in een wereldrecord van 42,27 meter.